Ik bel aan en de voordeur wordt geopend door een jochie van een jaar of 9. “Ik heet Bas en mijn opa is dood” zegt hij verdrietig. Zijn moeder komt aangesneld en veegt nog net de laatste traan weg. Wanneer wij aan de koffie zitten komen de verhalen los en Bas heeft het hoogste woord. “Weet u mevrouw, ik ben naar mijn opa vernoemd”. Vol trots vertelt hij dat zijn opa eigenlijk Berend Arend Sietse heet en dat zijn ouders daar Bas van hebben gemaakt en dat iedereen zijn opa “Opa Ben” noemt.

Dat Opa Ben een geliefd persoon was in zijn woonomgeving in Zwolle wordt mij al gauw duidelijk.

“Als alleenstaande werkende moeder heeft mijn vader grotendeels de zorg voor Bas op zich genomen. Na het overlijden van mijn moeder een aantal jaren geleden was een spring-in ’t-veld als Bas een welkome afleiding voor hem en ik kon met een gerust hart naar mijn werk”.

Opa Ben was “het gezicht” op het schoolplein. Iedereen noemde hem Opa Ben en Ben kende elk kind uit de klas van Bas. “Hij was ook Hulp Sint” vertelt Bas vol trots. Ik schiet een beetje in de lach en bedenk wat een fantastische opa hij moest zijn geweest.

Samen met een paar vriendjes beschildert Bas de kist van zijn opa. Het resultaat is prachtig. Op de dag van de uitvaart zijn ook de vriendjes van Bas met één van hun ouders aanwezig.

In de aula van het crematorium in Zwolle klinkt de “Opa” van Marco Borsato.

“Vroeger zat ik uren op de stoel bij opa,
hij vertelde me dan altijd een verhaal.
Of we gingen samen naar de golven kijken,
en de mensen kenden opa allemaal”.

BAS – Berend Arend Sietse – “Opa Ben” en geef Bas een knipoog. Vol trots krijg ik een glimlach terug…